zondag 26 februari 2017

De mechanieken van het kwaad

Mensen die een wrede aanleg vertonen zijn meestal als kind of adolescent herhaaldelijk lichamelijk of geestelijk mishandeld door iemand waar de persoon groot vertrouwen in stelde. De mishandeling vindt in veel gevallen plaats als straf voor een fout, vergissing of eenvoudige onhandigheid. De eigenwaarde raakt beschadigd en de persoon is steeds minder in staat om van zichzelf te houden. Misschien zou je denken dat de herinnering aan de mishandeling het kind later behoedt voor dezelfde fout. Maar het tegendeel is waar. Voor het slachtoffer dreigt de behoefte om in zijn leven pijn toe te brengen aan een ander omdat hij zichzelf onwaardig acht en hij opnieuw zijn staf moet ondergaan. De herbeleving van de straf versterkt het negatieve zelfbeeld. Hij zal direct daarna walging ervaren over zijn daad, zijn negatieve zelfbeeld bevestigd zien en een nog grotere psychische nood ervaren. Het zelfversterkende en zelfvernietigende mechanisme kan alleen beeindigd worden door een onmiddellijk mentaal besluit om nooit meer toe te geven aan de pathologische behoefte jezelf te bestraffen door middel van geweld jegens een ander. Dit besluit opent de weg naar langzame genezing. Vereist is een onbarmhartige eerlijkheid jegens jezelf en hulp aan mensen die anders ten prooi waren gevallen aan jouw zelfvernietiging.

De oorsprong van het wrede gedrag kan generaties ver terug liggen waarna het kwaad generatie op generatie volgens bovenstaand mechanisme is doorgegeven. Het proces slijt zijn patroon uit in autoritaire structuren met sterke taboes over traditionele misstanden, peer pressure en onderdrukking van de eigen verantwoordelijkheid. Geweld is daarin doorgaans geinstitutionaliseerd en het gebruik ervan wordt beloond. Voorbeelden zijn te vinden op alle niveaus, van families via studentenverenigingen, gangs en sociale elites tot natiestaten en zelfs religies.